Hoe kan je het verschil tussen verschillende materiaalkwaliteiten testen? Want tijdens het productieproces of bij de leverancier kan er wel eens iets mis gaan en heb je toch eens de behoefte om een en ander te controleren. De beste manier is uiteraard zorgen dat alles in je productie duidelijk gestructureerd is zodat er geen fouten kunnen gebeuren.

We dienen een onderscheid te maken tussen eenvoudige testen (zoals een molybdeentest om het verschil tussen rvs304 en rvs316 te testen) en meer gesofisticeerde testen zoals een PMI test.

De eenvoudige testen dus. Een klassieker is het verschil tussen rvs304 en 316. Het materiaal ziet er hetzelfde uit, maar dat zijn ze uiteraard niet. Het verschil tussen rvs 304 en rvs 316 zit hem in de toevoeging van Molybdeen bij rvs 316. Dit vergroot de corrosiebestendigheid maar maakt het materiaal wel duurder. Molybdeentest heb je in verschillende uitvoeringen waarbij het er altijd op neer komt dat er een chemische vloeistof aangebracht wordt die verkleurt op het moment dat deze in contact komt met het molybdeen. Je hebt heel eenvoudige vloeistofjes op de markt; de onze is een wat gesofisticeerd toestel in de grootteorde van 1.500 à 2.000 euro, nog betaalbaar dus. De test is niet 100% betrouwbaar, maar wel vrij betrouwbaar om het verschil tussen 304 en 316 te kunnen bepalen, maar bepaalt uiteraard niet meer dan dat. Bovendien is dit geen exacte test met waarden die vergelijk kunnen bieden.

Een meer gesofisticeerde methode is een Positive Material Identification test (PMI test). Hiermee kunnen dan ook meer materialen getest worden dan de chemische test om molybdeen op te sporen. Door het materiaal te bestralen met een laag radioactieve straling verkrijgen we een terugkerende radiatie die een bepaalde hoeveelheid energie bevat. Ieder chemisch element heeft zijn eigen vaste energiewaarde. Afhankelijk van het type het toestel gaat die dan het aantal zelfde energiepulsen optellen en vergelijken met de andere pulsen. Het resultaat van de vergelijking is een tabel waarin de gemeten elementen vermeld staan met het gemeten percentage. Indien het toestel niet over de mogelijkheid bestaat om een tabel op te stellen dien je alles af te lezen en om te zetten vanuit een grafiek. Nadien kan je dan uitzoeken met welk materiaal de waarden overeenkomen. Deze methode is zeer goed en zeer precies, maar heeft als nadeel dat het toestel op zich - niet groter dan een haardroger - zeer duur is in aankoop. Deprest beschikt zelf niet over een toestel, maar kan via een bevriende relatie de test wel snel laten uitvoeren.

Peter Depraetere

 

 

20 september 2014